Gekaapt 2

G

2
 

Aboe Hassan Bin Alhyia had zich geinstalleerd op de brug, een grote ruimte met ramen die een breed uitzicht boden over de zee. Van hieruit werd het schip bestuurd, hier stonden alle instrumenten die nodig waren voor de navigatie. Een beetje onderuit gezakt zat hij in een draaibare zetel, en streelde met zijn linkerhand de koppelriem met de holster waarin zijn revolver zat.
Hij was een knappe man met een breed gezicht, waarin een krachtige neus leek te rusten op een zwarte snor. Zijn zwart krullende hoofdhaar begon te grijzen aan zijn slapen, maar veel ouder dan vijfenveertig kon hij niet zijn. Hij had een brede mond met opvallend dunne lippen, die samen als een wreed litteken een dubbele onderstreping van zijn vastberadenheid vormden. Zijn diepliggende ogen onder de zware wenkbrauwen gaven hem iets loerends.
Hij stond op en liep naar de kaartentafel, waar de kapitein stond, geflankeerd door twee van Aboe Hassans gewapende mannen. Het was de gezagvoerder aan te zien dat hij zich maar moeilijk kon schikken in de nieuwe situatie: met een bleek, nors gezicht luisterde hij zwijgend naar Aboe Hassan:
‘Tot dusver,’ begon deze, ‘is de operatie vlekkeloos verlopen. Er zijn geen slachtoffers gevallen. Ik dank u voor uw medewerking, kapitein. Maar we zullen niet aarzelen, geweld te gebruiken als dat nodig is om onze doelen te bereiken. Wij kennen uw schip tot in de kleinste uithoeken. Wij hebben het zorgvuldig bestudeerd. De springladingen zijn zodanig geplaatst dat de Arabian Nights binnen een half uur zal zinken als we ze tot ontploffing brengen.’
Hij wees op een plattegrond van alle scheepsdekken, die opengevouwen op de tafel lag en na een korte pauze, waarin hij de reactie van de kapitein peilde, vervolgde hij:
‘Dat hebben we de vijand meegedeeld. Met nog honderd passagiers aan boord zullen ze een bestorming van het schip dus wel uit hun hoofd laten.’
De kapitein bleef zwijgen.
‘Onze eisen zijn bekend. Als er binnen 48 uur niet aan voldaan wordt, beginnen we met de executie van gijzelaars. U heeft de passagierslijsten. U selecteert de eerste tien.’
‘Dat weiger ik.’ zei de kapitein. ‘Daar werk ik niet aan mee.’
‘Dan bent u zelf de eerste op de lijst.’
Met een kort handgebaar beduidde Aboe Hassan de bewakers dat ze de kapitein weg konden brengen naar zijn privé-vertrek. Hoofdschuddend liet de kapitein zich afvoeren.

3

Terwijl de onderhandelingen met de kapers zich voortsleepten, werd de Arabian Night door twee fregatten in de gaten gehouden. Een helikopter die een verkenningsvlucht boven het schip wilde maken, werd beschoten en maakte rechtsomkeert.
Ondertussen was aan boord een nieuw regime ingevoerd: de overgebleven passagiers mochten tweemaal per dag hun hutten verlaten om, begeleid door bewakers, in groepjes van tien een maaltijd te gebruiken in de eetzaal. De regels waren snel duidelijk: niet spreken met de bewakers, die bij alle uitgangen stonden, geen lawaai maken en niet opstaan van tafel voordat bevel daartoe werd gegeven. Zo maakte de gespannen stilte die de eerste keren aan tafel heerste al gauw plaats voor een beschaafd geroezemoes.
Omdat alle passagiers hun mobiele telefoons hadden moeten inleveren, wist niemand hoe de situatie zich ontwikkelde en doordat de eetgroepjes streng van elkaar gescheiden bleven, was het organiseren van zoiets als verzet vrijwel onmogelijk.

Het toeval wilde dat Sylvia, Olaf en Brenda, Huub en Tineke, en Scott McDonnell bij elkaar in hetzelfde eetgroepje waren ingedeeld. De kennismaking, voor zover ze elkaar nog niet kenden, verliep vlot en als vanzelfsprekend werd Engels de voertaal. Helaas bleek dat de twee Russische echtparen die ook aan hun tafel zaten, die taal niet machtig waren, zodat het groepje uiteenviel in een Russische en een westeuropese afdeling.
Natuurlijk maakten ze zich allemaal zorgen, ook al leek er dagenlang niets bijzonders te gebeuren. Huub en Tineke vertelden over de fregatten die ze vanuit hun hut in de verte zagen liggen, en Sylvia wilde van mr. Mc Donnell weten wat hij daarvan dacht.
‘O, dat betekent niet zoveel,’ zei hij. ‘Het is loos machtsvertoon. Ik denk niet dat ze veel kunnen doen.’
‘Alles hangt af van de onderhandelingen,’ meende Olaf.
‘Maar wij zijn gijzelaars!’ zei Sylvia. ‘En hoe langer het duurt hoe gevaarlijker het voor ons wordt…’
Huub Swart knikte en zag over de linkerschouder van Sylvia dat de bewaker die bij de ingang van de zaal stond enkele woorden wisselde met een man die juist was binnengekomen. Er werd een lijst geraadpleegd en naar hun tafel gewezen.
De man, met een zwarte hoofdband om, en zoals alle anderen zwaar bewapend, kwam op hun tafel af en vroeg: ‘Miss Doorenbos?’
Sylvia verbleekte, en stak toen aarzelend haar hand op.
Met een korte hoofdbeweging beduidde de man haar dat ze mee moest komen.
Sylvia wees met ongelovige verbazing op zichzelf, maakte een hulpeloze grimas naar haar tafelgenoten en stond toen langzaam op. Tegelijkertijd stond Scott McDonnell op en zei dat hij haar zou vergezellen. Maar onmiddellijk werd hij met getrokken pistool terechtgewezen. Zitten blijven!

 

Over de auteur

Piet Meeuse