Gekaapt 5

G

10

Bij de avondmaaltijd bleven twee plaatsen aan hun tafel leeg. Al tijdens het verzamelen voor de bewaakte wandeling naar de eetzaal was gebleken dat Scott McDonnell en de dikke Rus ontbraken. Maar iedere poging tot onderling contact was meteen ruw de kop ingedrukt door de bewakers:
‘No speak!’
In plaats van twee werden ze nu door vier bewakers begeleid, en pas aan tafel, toen de gewapende mannen wat meer afstand hadden genomen, kwam er een bijna fluisterend gevoerd gesprek op gang.
‘Wat is er in godsnaam gebeurd?’
Een lijkbleke Sylvia vertelde dat Scott na het eerste schot de gang op was gegaan om de Rus te helpen. Ze wierp een meelevende blik op de Russen aan tafel, die met gedempte stemmen de huilende echtgenote probeerden te troosten.
‘Hij was met mij meegegaan om over dat interview te praten. Ik kon hem niet tegenhouden… En toen drie schoten… Ik durfde niet te kijken. ’
Ze boog haar hoofd en veegde met een servet over haar wang.
Brenda die naast haar zat, wreef met een hand over haar rug.
Niemand durfde het uit te spreken, maar allemaal dachten ze hetzelfde: dat Scott McDonnell waarschijnlijk dood was. Net als de Rus.
Er werd weinig gegeten, die avond, en nadat Huub, op aandringen van Tineke, een vergeefse poging had gedaan om contact te maken met de bewakers – die doof bleven voor zijn verzoek om de kolonel te spreken – verliep de maaltijd verder in een bedrukte stilte.

11

Terug in haar hut, wist Sylvia niets beters te verzinnen dan zichzelf langdurig in de spiegel van het kleine badkamertje te bekijken. Het leek haar de enige manier om te voorkomen dat ze gek zou worden.
Sinds Scott verdwenen was en ze die drie schoten had gehoord, had ze de hele middag niets anders gedaan dan luisteren aan de deur, teruglopen naar haar bed, gaan liggen, weer opstaan, naar de deur, luisteren, hand op de knop, weer terug naar het bed, liggen, weer opstaan, opnieuw naar de deur, en ja – ze had toen het stil werd ook de moed gevonden om de deur op een kier te openen en te kijken. Maar iets anders dan de bloedplas was er toen niet meer te zien.
Wat was er gebeurd? Waarom had ze hem niet tegengehouden? Eindeloos had ze in zichzelf de reeks geluiden herhaald: geschreeuw, schoten, geren door de gang, onverstaanbare stemmen, voetstappen die door de gang verdwenen. Van hoeveel mensen? Twee? Drie? Bestond er een kans dat hij het toch overleefd had?
Ook nu nog, terwijl ze zichzelf vorsend bekeek in de spiegel, maalden die vragen door haar hoofd. Het ergste was dat niemand iets wist. Waarschijnlijk hadden ook de anderen vroeger of later door een kier de gang in gegluurd, ze had gehoopt iets meer te horen tijdens het eten, maar niemand had iets meer gezien dan zij. Het was om gek van te worden! En dan ook nog dat zogenaamde interview… Elk moment kon die griezel hier binnenstappen. Of haar laten halen. Tijdens de maaltijd was ze voortdurend bang geweest dat ze opgehaald zou worden, maar het was niet gebeurd.
‘Ze komen je ophalen!’ zei ze tegen haar spiegelbeeld, terwijl ze zich ergerde aan de diepe frons in haar voorhoofd, loodrecht boven haar neus. ‘Be prepared! Hou op met dat zinloze getob. Concentreer je! De enige kans om iets meer te weten te komen is juist het contact met die idioot! Jij bent misschien de enige die hem te zien krijgt. Huub Swart had geen schijn van kans, al probeerde hij het in drie talen. Niemand krijgt hem te zien – behalve jij! Grijp die kans!’
Het was een gedachte waaraan ze zich vast kon klampen: dat interview was een kans. Hij had haar nodig, en ze moest proberen daar gebruik van te maken. Hoe eng het ook was.
‘Straks moet je laten zien wat je waard bent, Doorenbos!’ sprak ze zichzelf toe, en ze dwong zichzelf tot een glimlach. Daarna ontblootte ze haar tanden.
Tanden poetsen! Ze zou het door alle emoties bijna vergeten.
Terwijl ze driftig met de elektrische tandenborstel door haar mond raasde, ging de peptalk in haar hoofd onverminderd door: Neem die klootzak te grazen, Syl! Je kunt het! Maar koel blijven, laat je niet intimideren. Je weet hoe hij lachen kan, maar het zijn ook maar gewone tanden, net als de mijne. Gebruik je verstand, het is erop of eronder!
Ze spoelde haar mond, bette haar lippen, en gaf ze een nieuw laagje lippenstift.

Toen ze een half uur later de voetstappen in de gang hoorde, en het gebons op de deur, sloeg haar hart een keer over. Maar ze was er klaar voor. Opgelucht contateerde ze dat hij het niet zelf was: voor de deur stonden twee mannen met kalashnikovs, die haar escorteerden naar de brug.

12

Intussen was de kaping van de Arabian Nights al twee dagen wereldnieuws. Alle nieuwszenders vertoonden beelden van het luxueuze cruise-schip, dobberend in de Indische Oceaan en op enige afstand omringd door Amerikaanse oorlogsbodems en marinevaartuigen die de verzamelde media in afgehuurde jachten en vissersbootjes op een veilige afstand hielden.
De eerste berichten waren, zoals altijd bij zulke calamiteiten, verward en tegenstrijdig. Er zouden 1200 passagiers aan boord zijn, het zou gaan om een actie van Al Qaida, er zou gedreigd zijn het schip op te blazen en de kapers zouden de onmiddellijke terugtrekking hebben geëist van alle Amerikaanse troepen uit het gebied van de Perzische Golf. Later bleek dat veel passagiers inmiddels waren vrijgelaten en geëvacueerd, dat er onduidelijkheid bestond over het aantal nog gegijzelde passagiers en over de eisen, en dat er sprake was een onbekende, islamitische terreurgroep, die een ‘Vrije Islamitische Republiek Jemen’ zei te vertegenwoordigen. Er waren geruchten over schietpartijen aan boord, over beschoten helikopters en over beroemdheden die zich aan boord zouden bevinden, maar veel geruchten werden al snel weer ontzenuwd of tegengesproken door de rederij, door Jemenitische autoriteiten of Amerikaanse marine-officieren.
Vrijgelaten passagiers verklaarden voor de camera’s van CNN en Al Jazeera dat ze erg geschrokken waren, maar dat de kaping heel snel en ordelijk was verlopen, dat ze een halve dag in hun hutten opgesloten waren geweest, maar niemand van hen kon iets over eventuele slachtoffers vertellen. Wel wisten sommigen zich de naam van Aboe Hassan …. te herinneren, en dat hij zich kolonel noemde.
Ook werd duidelijk dat de kapers in de havens van Aden en Dar es Salaam als normale passagiers, uiteraard onder valse namen, aan boord waren gekomen. Over de onderhandelingen werd niets naar buiten gebracht en over de omstandigheden op het schip kon men alleen maar speculeren. Maar toen op de vierde dag bekend werd dat er een passagier was geëxecuteerd en in zee geworpen, namen de geruchten over een op handen zijnde bestorming van het schip sterk toe.
Militaire experts verklaarden in alle talkshows hoe ingewikkeld en gevaarlijk zo’n operatie was. Temeer omdat er rekening mee moest worden gehouden dat het dreigement om het schip op te blazen, aanvankelijk ontkend, maar nu toch weer bevestigd, geen loos dreigement was. Op plattegronden van de verschillende dekken wezen ze de plekken aan waar gevechtshelikopters eventueel paratroopers af konden zetten, maar elke bevrijdingsactie zou bijna zeker veel slachtoffers maken. Zo’n operatie moest vergeleken worden met het veroveren van een stad, huis na huis en straat na straat. Een bloedige strijd was onvermijdelijk.
De wereld hield de adem in. Uur na uur werden dezelfde beelden vertoond en werd het schaarse nieuws herkauwd. Deskundigen lieten overal ter wereld hun licht schijnen over politieke achtergronden en terreurtactieken, over militaire strategieën en logistieke problemen, over mogelijke consequenties voor de cruise-branche die de laatste jaren zo populair was geworden, en voor het toerisme in het algemeen, over de voedselvoorraden aan boord en over alles wat men, in afwachting van de catastrofale ontknoping maar kon verzinnen.

13

Kolonel Aboe Hassan besprak de situatie met zijn drie luitenants. De situatie aan boord was onder controle, maar de onderhandelingen verliepen stroef. Hij wilde alleen onderhandelen met de opperbevelhebber van de Amerikaanse strijdkrachten in de regio, die inmiddels per helikopter naar een van de fregatten was overgevlogen, maar die bleef de vrijlating van alle passagiers eisen voordat er sprake kon zijn van een terugtrekking van Amerikaanse troepen.
‘Daar trappen we natuurlijk niet in. We hebben 120 passagiers en 85 bemanningsleden, waarvan zeker de helft gemist kan worden. Dus laten we zeggen 160 gijzelaars. Die Rus was een duidelijke waarschuwing. Dat hebben ze begrepen. We gaan nu elke vierentwintig uur executies uitvoeren: we beginnen met vijf tegelijk. Op dit achterdek.’
Hij wees het aan op de plattegrond van het schip, die voor hem op tafel lag.
‘En daarna meteen overboord. Na achtenveertig uur voeren we dat op tot tien tegelijk. Je zult zien dat ze na maximaal vijf dagen, dus zeg: veertig doden, onder druk van de wereldopinie gedwongen worden om te bewegen. Ofwel ze vallen ons aan: dan blazen we de boel op. Of ze kondigen de terugtrekking van hun troepen aan. Daar nemen we geen genoegen mee. Wij blijven een gijzelaar per dag executeren tot wij via Al Jazeera de onomstotelijke bewijzen krijgen dat ze inderdaad met de terugtrekking begonnen zijn. Vervolgens schorten we de executies op tot de terugtrekking is voltooid. Dan pas laten we iedereen vrij.’
‘En waar blijven wij dan?’ vroeg een van de luitenants.
Aboe Hassan lachte zijn tanden bloot.
‘Maak je geen zorgen, Ahmed! De kans dat het zover zal komen is minimaal. Ze zullen ons aanvallen, en wij zullen een glorieuze martelaarsdood sterven. Zo zal het gaan. Inshalla! Maar wij zullen niet sterven door hun kogels. Wij kiezen onze eigen dood! De beelden van de schitterende explosies die deze vervloekte schuit tot zinken gaan brengen, zullen nog jaren over de hele wereld vertoond worden, net als die van de Twin Towers! En in het onwaarschijnlijke geval dat ze zich werkelijk terugtrekken van onze heilige grond, zullen wij, voordat we iedereen vrijlaten, een vrijgeleide eisen naar Somalië. Maar dat is puur theoretisch. Jou, Seif, belast ik met de executies. Kies voor de eerste ronde uitsluitend Amerikanen. Morgen beginnen we. Duidelijk?’
De mannen knikten. Ze grepen hun wapens en verlieten het vertrek.

De kolonel liet zijn wijsvinger wat met zijn snor spelen en staarde door de ruiten de nacht in. In de verte waren de lichtjes te zien van patrouillerende schepen. Hij dacht aan zijn moeder in Jeddah, die hij al jaren niet meer had gezien, en die waarschijnlijk nog steeds dacht dat hij in Londen woonde. Ze zou zich ongetwijfeld zorgen maken over zijn losbandige levensstijl in die goddeloze metropool, zonder te vermoeden dat haar zoon al jaren een heel ander leven leidde in dienst van de Heilige Oorlog. Dat zijn naam voor eeuwig in gouden letters zou worden geschreven in het Grote Boek van de Geschiedenis.
Met mededogen dacht hij aan haar eenvoudige vroomheid, en die van honderden miljoenen andere moslims die zich vijf keer per dag in de richting van Mekka bogen, al die gelovigen die zich lieten ringeloren door stupide imams en ayatolla’s, en door de oliemagnaten en de machthebbers van deze wereld, zonder te beseffen dat de Islam niets anders was dan een zwaard. Een zwaard in handen van de weinigen die de moed hadden er Geschiedenis mee te schrijven.
Hij, Aboe Hassan, was een van die weinigen. Hij had begrepen dat Allah, als die uberhaupt bestond, maar één ding wilde: de Totale Overwinning, en dat betekende de totale ondergang van het arrogante Westen. Daarvoor waren mannen als hij nodig. Mannen die voor niets terugschrokken. In de Jihad was alles geoorloofd, en hij, Aboe Hassan, had zich drie jaar lang voorbereid op deze Missie omdat hij wist hoe hij het Zwaard van de Islam moest hanteren. Dat was het enige waar het op aankwam: Geschiedenis schrijven met bloed.
Eigenlijk, dacht hij krabbend aan zijn snor, is dat het enige waar ik in geloof. En al die korangeleerden die menen dat je uit een boek de waarheid kunt leren zijn verachtelijke sukkels die er niets van begrijpen. Ze hebben een zwaard gesmeed zonder te snappen waartoe het dient…

Over de auteur

Piet Meeuse